Drama in de kas

IMG_3257

IMG_3259

Tsjongejonge, het was wel even een tegenvaller toen ik vorige week blijmoedig mijn kas binnenstapte: mijn zorgvuldig uit zaad opgekweekte aubergines en paprika’s bleken opeens vreselijk te zijn toegetakeld… ja, door wat eigenlijk?
“Een beest dat zich door de lucht voortbeweegt,” was na de eerste schrik mijn gedachte. In het dak van de kas zitten namelijk twee raampjes die bij warm weer automatisch opengaan. Zou mijn nieuwe vijand daar doorheen zijn gekomen? Maar welk beest zou dat dan kunnen zijn? Ik kon niks zinnigs bedenken en voelde me vooral onthand. Na een tijdje schoof ik zelfs richting milde tot stevige depressie. Kan een tuin je dan toch depressief maken? Ik rilde bij de gedachte.
Gelukkig zijn er op dit soort momenten van opperste vertwijfeling altijd nog lieve buurvrouwen met duizend jaar meer tuinierervaring dan ik.
Buurvrouw Els, kordaat en rustig van aard, verscheen ten tonele. Alleen al de kalmte in haar gezicht toen ik haar mijn afgekloven aubergines toonde, deed een zonnestraaltje doorbreken in mijn getormenteerde tuinmansziel.
“O,” zei ze neutraal, terwijl ze mijn paprika’s en aubergines inspecteerde. “Het kan van alles zijn.”
“Ja maar wat moet ik nu DOEN, Els? Ik wil er iets tegen DOEN!” schreeuwde ik het bijna uit.
“Geen gif strooien,” was het eerste wat ze zei. “Anders eet je dat straks ook allemaal weer op. Nee, je moet gewoon eenvoudig beginnen. Haal je aubergineplanten eerst eens even lekker naar buiten; altijd maar binnen in de kas staan maakt kasplantjes van ze. Planten vinden het zalig om in de zomer naar buiten te gaan. Wat dat betreft zijn het net mensen. Lekker de wind door hun bladeren voelen waaien, daar worden ze gezond en sterk van. En spuit ze eens even lekker nat, dan vallen de luizen van het blad, want ik zie dat je ook veel luizen hebt. Kijk eerst eens even of dat helpt. Zo niet, dan zie je wel weer verder.”
Ik zette de aubergine- en paprikaplanten op het terras, gaf ze een weldadige douche en zag de wind door hun bladeren waaien. Ze wuifden lekker mee in de wind. Het zag er goed uit; ook ik klaarde ervan op.
Totdat me opeens iets opviel aan de potten waar ze in stonden: nee.. het zou toch niet? Zag ik daar op de zijkant een dikke vette naaktslak zitten? Ja hoor, inderdaad. En op een andere pot zag ik er nog een, en nog een.. En toen ik onder de potten keek, zag ik dat nog meer kleine slakjes zich schuil hielden. Dus toch: ik was weer eens ingehaald door slakken, de traagste beesten op aarde. En dat terwijl ik in de zalige waan had verkeerd dat er in elk geval één plek in mijn tuin was waar ze niet konden komen. Nou, mooi wel dus.
Anyway, ik heb er van geleerd dat je behalve je tuin ook regelmatig je kas op slakken moet inspecteren. En dat je de potten die je op je terras hebt staan, ook zo nu en dan moet omkeren; daar bleken bij nadere inspectie namelijk ook slakken onder te zitten.
En, hoe gaat het nu psychisch met me? Ik ben de schok weer redelijk te boven. Ik realiseer me nu dat het hele drama niks nieuws onder de zon is. Teleurstellingen horen bij het leven, dus ook bij de tuin. Ik ben blij dat ik weer iets over slakken heb geleerd. En dat ik een fijne buurvrouw heb.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *