Vandaag is de eerste dag van het najaar. De zomer is voorbij. Een frisse wind jaagt door de straat, het weerbericht voor de komende dagen is pet. Weg dertig graden, hallo 17 graden, hallo Holland. We komen weer met beide benen op de grond. Gisteravond heb ik al…
…appeltaart gemaakt van de eerste appels (nog een tikje te zuur, maar in combinatie met het zoet is dat helemaal nog niet zo gek).
Toch is het feest nog niet helemaal voorbij. We komen nu in de fase van het jaar die misschien wel een van de meest bijzondere is. Het licht verandert, het wordt subtieler. Veel planten, vooral de kleurige, zijn nu pas op hun top.
Ik heb zelfs het idee dat de tuin pas de laatste dagen echt vol op stoom is gekomen. De zelfgezaaide afrikanen zijn geëxplodeerd, de dahlia’s zijn op hun allermooist en allerveelst, de tomaten beginnen voor het eerst rood te kleuren. En dan natuurlijk de zinnia’s. De zinnelijke zinnia’s. Ze krijgen van mij een aparte vermelding. Wat hebben ze een mooie bloemen.
Er staat er eentje in een fenomenale kleur zachtroze (ik vind het oprecht jammer dat ik nu geen treffender woorden voor die kleur kan bedenken – als schrijver schiet je helaas altijd tekort). De gele sterretjes bovenop het hart van de bloemen maken het helemaal af. Ik zou dat zelf nooit zo hebben bedacht, maar rode en roze en oranje bloemblaadjes in combinatie met knettergele sterretjes is de beste drugs die er is.
Dit jaar zaaide ik voor het eerst zinnia’s. Dat is niet helemaal goed gegaan, er zijn er maar een paar volwassen geworden. En ze hadden een hele lange aanloop nodig, ik was ze eigenlijk al vergeten. Maar moet je ze nu zien. Het feit dat ze met weinig zijn maakt ze misschien nog wel begeerlijker, maar stiekem denk ik er al aan volgend jaar een hele wolk zinnia’s te planten.
Ze hebben hier en daar nog knoppen die op barsten staan.
De zomer was gisteren, maar vandaag en morgen zijn er nog de zinnia’s.